FR | DE | EN | ES

 

Webmeester

RSS

Zoeken

KlinPsy

Klinische Psychologie

 

 

 

 

 

 

 

 

Thuispagina

Maatschappij

Opleiding

Onderzoek

Hulpverlening

Kwaliteitsbewaking

Bibliotheek

Patiėnteninformatie

Wetgeving

Beroepsbelangen

De Maere

U bent hier: Thuispagina Ų Beroepsbelangen Ų BTW

 

Psychologen en BTW

 

Inleiding

Actuele wettelijke regeling

Achtergrond

Prestaties zonder vrijstelling van BTW

 

 

 

 

 

 

 

Inleiding

 

Wie vroeger in Belgiė psychotherapie kreeg van een psychiater betaalde geen BTW op het honorarium en kreeg het grootste deel terugbetaald door het RIZIV. Wie dezelfde therapie kreeg van een ziekenhuispsycholoog ontving niets terug van het RIZIV en betaalde eveneens geen BTW. Wie tenslotte dezelfde psychotherapie kreeg van een zelfstandig psycholoog kreeg evenmin terugbetaling door het RIZIV, maar betaalde ook nog eens 21 % BTW op het honorarium.

In een ander KlinPsy dossier geven we aandacht aan initiatieven door mutualiteiten om iets te doen aan de terugbetaling, terwijl het RIZIV nog steeds niet tussenkomt.

Op 15 mei 2008 zijn er in Belgiė belangrijke veranderingen doorgevoerd inzake de BTW-plichtigheid van de psychologen.

In dit dossier proberen we de huidige regeling uiteen te zetten.

Een en ander komt nogal 'Belgisch' over in de regelgeving. Daarom willen we ook wat achtergrondinformatie geven zodat iets duidelijker wordt waarom gekozen werd voor de actuele regelgeving.

 

 

menu

 

 

 

 

 

 

Actuele wettelijke regeling

 

Op de website van de Federale Overheidsdienst van Financiėn, meer bepaald op Fisconet vinden we de regelgeving van de Belasting over de toegevoegde waarde.

 

Artikel 4 § 1.van het wetboek zegt:
”Belastingplichtige is eenieder die in de uitoefening van een economische activiteit geregeld en zelfstandig, met of zonder winstoogmerk, hoofdzakelijk of aanvullend, leveringen van goederen of diensten verricht die in dit Wetboek zijn omschreven, ongeacht op welke plaats de economische activiteit wordt uitgeoefend.”

De prestaties van de psycholoog behoren tot de diensten vermeld in Artikel 18.

Op de BTW-plicht zijn er dan een reeks vrijstellingen. We vinden die in Artikel 44:
Voor psychologen zijn hiervan volgende vrijstellingen van belang: (§ 2)

- "1° de diensten en de leveringen van goederen die daarmee nauw samenhangen in de uitoefening van hun geregelde werkzaamheid verricht door ziekenhuizen, psychiatrische inrichtingen, klinieken en dispensaria; het vervoer van zieken of gewonden met speciaal daartoe uitgeruste vervoermiddelen;"

- " 2° de diensten en leveringen van goederen die nauw samenhangen met maatschappelijk werk, met de sociale zekerheid en met de bescherming van kinderen en jongeren en die worden verricht door publiekrechtelijke lichamen of door andere organisaties die door de bevoegde overheid als instellingen van sociale aard worden erkend.

Worden met name bedoeld :

- de instellingen die de bejaardenzorg tot doel hebben;

- de kinderbewaarplaatsen, de zuigelingentehuizen en de instellingen die in hoofdzaak het toezicht over jongelui en de zorg voor hun onderhoud, opvoeding en vrijetijdsbesteding tot doel hebben;

- de instellingen voor gezinshulp;

- de centra voor levens- en gezinsvragen;

- de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen;

- de psycho-medisch-sociale centra en de centra voor leerlingenbegeleiding;

- de instellingen die de gehandicaptenzorg tot doel hebben;

- de instellingen die de begeleiding, de omkadering of de opvang van personen die zich in materiėle of morele moeilijkheden bevinden tot doel hebben;

- de instellingen bedoeld in het koninklijk besluit van 17 december 2003 betreffende de subsidiėring van instellingen die voorzien in een gespecialiseerde begeleiding voor burgers die betrokken zijn in een gerechtelijke procedure;

- de externe diensten erkend bij het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de externe diensten voor preventie en bescherming op het werk;

- “4° het verstrekken van school- of universitair onderwijs, beroepsopleiding en -herscholing, en het verrichten van de nauw daarmee samenhangende diensten en leveringen van goederen, zoals het verschaffen van logies, spijzen en dranken en van voor het vrijgestelde onderwijs gebruikte handboeken, door instellingen die daartoe door de bevoegde overheid zijn erkend of die aan dergelijke instellingen zijn toegevoegd of ervan afhangen; het geven door leerkrachten van lessen met betrekking tot school- of universitair onderwijs, beroepsopleiding of -herscholing;”

- “5° de diensten betreffende onderwijskeuze en gezinsvoorlichting alsook de nauw daarmee samenhangende leveringen van goederen;”

 -“8° de diensten aan organisatoren van voordrachten verstrekt door voordrachtgevers die als zodanig handelen; de diensten aan organisatoren van schouwspelen en concerten, aan uitgevers van grammofoonplaten en van andere klankdragers en aan makers van films en van andere beelddragers verstrekt door acteurs, orkestleiders, muzikanten en andere artiesten voor de uitvoering van toneelwerken, balletten, films, muziekstukken, circus-, variété- of cabaretvoorstellingen; de diensten aan organisatoren van sportwedstrijden of sportfeesten verstrekt door deelnemers aan die wedstrijden of feesten;”

 

 

Fisconet publiceerde Beslissing E.T.114.414 dd. 16.04.2008. Er zijn nieuwe interpretatieregels betreffende de passages die hierboven in het rood werden afgedrukt. Prestaties van zelfstandige psychologen gelijkaardig aan deze van clb' s zijn vrijgesteld van BTW. Het begrip gezinsvoorlichting wordt uitgebreid tot het geheel van gezondheidskundige verzorging door gediplomeerde psychologen zoals dat ook het geval is in centra voor levens- en gezinsvragen (een naam die in Walloniė nog gebruikt wordt, maar ondertussen meestal vervangen werd door Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg).

 

Er staat geschreven:

 

"Wat onderwijskeuze betreft, geldt de vrijstelling voor de diensten die gewoonlijk worden verricht door psychologen op het vlak van psychopedagogie, naar analogie met de diensten die worden verstrekt door hun collega’s in psycho-medisch-sociale centra (centra die overigens vrijgesteld zijn overeenkomstig artikel 44, § 2, 2°, van het Wetboek)."

 

"Het begrip “gezinsvoorlichting” vereist evenwel verduidelijking. De diensten verricht door psychologen kunnen, ongeacht de redenen waarom deze psychologen worden geconsulteerd en ongeacht de gebruikte consultatiemethode, de vrijstelling beoogd door het voornoemd artikel 44, § 2, 5°, genieten voor zover deze diensten dezelfde doelstellingen nastreven als de centra voor levens- en gezinsvragen op het vlak van psychologische hulp, waarvan de handelingen vrijgesteld zijn door artikel 44, § 2, 2°, van het Btw-Wetboek.

Redenen voor het raadplegen van een psycholoog kunnen onder meer zijn:

·                                 persoonlijke moeilijkheden ( slecht gevoel, angstgevoel, enz.);

·                                 de verhouding tussen ouders en kinderen;

·                                 relatieproblemen;

·                                 gezinsbemiddeling.

Wat de gebruikte consultatiemethode betreft, kan het gaan om individuele gesprekken, gesprekken met de partner, gezinstherapie, korte therapieėn, systemische therapieėn, enz."

 

Er wordt nog op gewezen dat, om aanspraak te kunnen maken op de vrijstelling beoogd door voornoemd artikel 44, § 2, 5°, de psychologen ook de vereiste beroepstitel moeten hebben en moeten ingeschreven zijn op de lijst van de commissie van psychologen (z. wet van 8 november 1993 tot bescherming van de titel van psycholoog ).

De titel van psychotherapeut is daarentegen niet beschermd door de wet. Deze kwalificatie op zich laat de dienstverrichter niet toe voor zijn verstrekte diensten de bedoelde vrijstelling te genieten. Deze laatste kan niettemin voor zijn praktijk van psychotherapie de voornoemde vrijstelling toepassen indien hij psycholoog, geneesheer-psychiater of dokter in de geneeskunde-kandidaat specialist in de psychiatrie (beschermde titels) is.

De vrijstelling van artikel 44 , § 2, 5°, van het Btw-Wetboek geldt daarentegen niet voor:

·         handelingen in verband met arbeidspsychologie en met betrekking tot aanwerving (evaluatie, selectie, integratie, enz.), arbeidsprestaties, beroepsziekten, werkgroepen (regels, conflicten, enz.), personeelsbeheer (motivatie, management, enz.), werkintegratie en –reļntegratie, enz (z. evenwel de diensten die worden verricht onder de voorwaarden die zijn vereist voor de toepassing van artikel 44, § 2, 2°, van het Btw-Wetboek);

·         handelingen verricht door huwelijksbureaus.

 

 

 

Voor de prestaties van psychologen die niet vrijgesteld zijn van BTW is verder van belang dat er bijzondere regelingen zijn voor kleine ondernemingen.

De belastingplichtige van wie de in Belgiė gerealiseerde jaaromzet niet meer bedraagt dan 15.000 euro kan belastingvrijstelling genieten voor de leveringen van goederen en diensten die hij verricht.

De regeling werd vastgelegd in Artikel 56 bis van het BTW-wetboek en in een KB van 29.06.2014.

- Artikel 56 bis.

- Het KB nr 19 van 29.12.1992 werd vervangen door het Koninklijk besluit nr 19 van 29 juni 2014, met betrekking tot de vrijstellingsregeling van belasting over de toegevoegde waarde in het voordeel van kleine ondernemingen.

 

De Federale Overheidsdienst Financiėn heeft op haar webstek een overzicht gepubliceerd van de regelgeving terzake.

 

 

 

menu

 

 

 

 

 

 

Achtergrond

 

In de Zesde Europese Richtlijn, Artikel 13, A, 1,c. staat inzake BTW:

“Artikel 13

Vrijstellingen in het binnenland

A . Vrijstellingen ten gunste van bepaalde activiteiten van algemeen belang

1 . Onverminderd andere communautaire bepalingen verlenen de Lid-Staten vrijstelling voor de onderstaande handelingen, onder de voorwaarden die zij vaststellen om een juiste en eenvoudige toepassing van de betreffende vrijstellingen te verzekeren en alle fraude, ontwijking en misbruik te voorkomen:

a ) de door openbare postdiensten verrichte diensten en daarmee gepaard gaande leveringen van goederen, met uitzondering van personenvervoer en telecommunicatiediensten;

b ) de ziekenhuisverpleging en medische verzorging, alsmede de handelingen die daarmede nauw samenhangen, door publiekrechtelijke lichamen of, onder sociale voorwaarden welke vergelijkbaar zijn met die welke gelden voor genoemde lichamen, door ziekenhuizen, centra voor medische verzorging en diagnose en andere naar behoren erkende inrichtingen van dezelfde aard;

c ) gezondheidskundige verzorging van de mens in het kader van de uitoefening van medische en para-medische beroepen als omschreven door de betrokken lid-staat;”

 

De Zesde Richtlijn 77/388/EEG van de Raad betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der Lid-Staten inzake omzetbelasting werd ondertussen herschikt tot de Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde. Het relevante wetsartikel is nu artikel 132, 1, c).

"Artikel 132

1. De lidstaten verlenen vrijstelling voor de volgende handelingen:

a) de door openbare postdiensten verrichte diensten en daarmee gepaard gaande goederenleveringen, met uitzondering van personenvervoer en telecommunicatiediensten;

b) ziekenhuisverpleging en medische verzorging, alsmede de handelingen die daarmede nauw samenhangen, door publiekrechtelijke lichamen of, onder sociale voorwaarden die vergelijkbaar zijn met die welke gelden voor genoemde lichamen, door ziekenhuizen, centra voor medische verzorging en diagnose en andere naar behoren erkende inrichtingen van dezelfde aard;

c) medische verzorging in het kader van de uitoefening van medische en paramedische beroepen als omschreven door de betrokken lidstaat;"

 

 

Europese Richtlijnen zijn een vorm van wetgeving die de lidstaten binden wat het resultaat betreft. De nationale instanties mogen echter vorm en middelen kiezen wanneer ze die richtlijnen omzetten in nationale wetgeving. In Belgiė had men voor de 'omschrijving' de link gemaakt met de RIZIV-nomenclatuur.

In Artikel 44 van de BTW-Wetgeving staat:

"§ 1. Van de belasting zijn vrijgesteld de diensten door de nagenoemde personen verricht in de uitoefening van hun geregelde werkzaamheid:

1° notarissen, advocaten en gerechtsdeurwaarders;

2° artsen, tandartsen, kinesitherapeuten, vroedvrouwen, verplegers en verpleegsters, verzorgers en verzorgsters, ziekenoppassers en ziekenoppassters, masseurs en masseuses van wie de diensten van persoonsverzorging zijn opgenomen in de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering; "

 

Dit had als gevolg dat psychiaters en ziekenhuispsychologen niet BTW-plichtig waren voor dezelfde psychotherapie als waarvoor men bij zelfstandige psychologen 21 % BTW diende te betalen, zelfs als deze zelfstandige psychologen de prestatie gingen leveren aan opgenomen patiėnten in een ziekenhuis.

 

Hierover waren herhaald parlementaire vragen hierover (van Mw Avontroodt in 2001, van Mw Nyssens in 2005,  van Mw Nyssens in 2006, Gerkens in 2006, nog eens Gerkens in 2006 en van Mw Nyssens in 2007).

 

Op 06.11.2003 kwam er een arrest van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (de zaak C-45/01). Daarin werd het principe gehuldigd dat operatoren die dezelfde handelingen verrichten gelijkaardig  zouden behandeld worden op het vlak van de BTW. Het arrest handelde meer speciaal over psychotherapie door psychologen.

 

Op basis van dit arrest is men in Belgiė gaan zoeken naar een oplossing.

- Men kon de psychologen niet toevoegen aan punt 1°, bij de notarissen, advocaten en deurwaarders. Niet alle prestaties van psychologen zijn gezondheidszorg. In Nederland waar vroeger alle prestaties van psychologen vrijgesteld waren van BTW heeft men precies omwille van de Europese uniformiteit de vrijstelling moeten beperken tot gezondheidskundige verzorging van de mens.

- Maar als men de psychologen toevoegde aan punt 2°, bij de andere gezondheidszorgberoepen, dan vielen de psychologen erbuiten omdat er geen RIZIV-nomenclatuur is voor hun prestaties.

- Men heeft dan maar beroep gedaan op interpretatieregels voor uitzondering 5° van Art 44, §2 waarin bepaald wordt dat de diensten betreffende onderwijskeuze en gezinsvoorlichting alsook de nauw daarmee samenhangende leveringen van goederen vrij zijn van BTW. Men stelde dat als de diensten inzake onderwijskeuze gelijkaardig zijn aan de prestaties van een CLB, dat ze dan ook BTW-vrij zijn. En het begrip "gezinsvoorlichting" is men gaan interpreteren als die zorg waarvoor men een centrum voor levens-en gezinsvragen consulteert. De benaming 'centrum voor levens- en gezinsvragen' wordt enkel nog in Walloniė gebruikt. In Vlaanderen, Brussel en ook in Walloniė wordt nu meestal gesproken over 'Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg'. Infeite komt de interpretatieregel erop neer dat de zorg die doorgaans in die CGGZ's wordt verleend vrij is van BTW ook voor zelfstandige psychologen.

 

In de Kamer van volksvertegenwoordigers was er in 2012 een schriftelijke vraag over de uitbreidbaarheid van de BTW-vrijstelling voor gegradueerde gezinstherapeuten. Op 17.02.2012 kwam het antwoord van de minister.

 

 

menu

 

 

 

 

 

 

Prestaties zonder vrijstelling van BTW

 

De interpretatieregels die op 15 mei 2008 gepubliceerd werden vermelden expliciet dat de vrijstelling van artikel 44, § 2, 5°, van het Btw-Wetboek daarentegen niet geldt voor:

·         handelingen in verband met arbeidspsychologie en met betrekking tot aanwerving (evaluatie, selectie, integratie, enz.), arbeidsprestaties, beroepsziekten, werkgroepen (regels, conflicten, enz.), personeelsbeheer (motivatie, management, enz.), werkintegratie en –reļntegratie, enz (z. evenwel de diensten die worden verricht onder de voorwaarden die zijn vereist voor de toepassing van artikel 44, § 2, 2°, van het Btw-Wetboek);

·         handelingen verricht door huwelijksbureaus.

 

 

Voor zelfstandige psychologen die prestaties leveren rond werkintegratie van mensen met een handicap kan dat problemen opleveren. Meestal is het de bedoeling en de context die maakt of een prestatie ge­zondheidszorg is of niet, en niet zozeer de prestatie op zich. Een behandelende arts die een inventaris maakt van de letsels en de beperkingen van een patiėnt doet aan gezond­heids­zorg. Zijn collega die als deskundige de rechter moet adviseren inzake schadeloos­stel­ling, maakt dezelfde inventaris en doet niet aan gezondheidszorg.

Een huisarts die maandenlang geconfronteerd wordt met een patiėnt die allerlei psychosomatische klachten produceert maakt de hypothese dat zijn patiėnt zijn werk niet aan kan en chronisch moet overpresteren. Hij stuurt hem naar een psycholoog voor evaluatie van zijn arbeidsmogelijkheden. Eigenlijk is dat gezondheidszorg (want die eventuele werkheroriėntatie kan soms meer bijdragen tot de gezondheid dan een reeks medische onderzoekingen en medicaties). Maar een gelijkaardig onderzoek bij dezelfde zelfstandige psycholoog op vraag van een werkgever die een geschikte kandidaat zoekt voor het opvullen van een vacature, is duidelijk geen gezondheidszorg.

 

In Nederland heeft de Belastingdienst lijstjes met voorbeelden van activiteiten gepubliceerd die wel en die niet kunnen beschouwd worden als gezondheidskundige verzorging, en dit ook voor artsen.

 

Nu de nieuwe interpretatieregels een tweetal jaar van kracht zijn lijken de kritieken inzake de prestaties zonder vrijstelling zich toe te spitsen op een tweetal aspecten:

 

1. Ook bij ergologische en arbeidspsychologische handelingen zou men de tussenkomsten die te maken hebben met ziekte en handicap BTW-vrij moeten maken, gewoonweg omdat dat ook gezondheidskundige verzorging is. De interpretatieregel van 15 mei 2008 komt er nu op neer dat zelfstandige psychologen vrijstelling krijgen van BTW voor prestaties die gelijkaardig zijn aan deze die geleverd worden door hun collega's werkzaam in centra voor leerlingenbegeleiding en centra voor geestelijke gezondheidszorg. Men zou dat kunnen uitbreiden tot prestaties die gelijkaardig zijn aan de gezondheidskundige zorgen die geleverd worden door de als psycholoog geregistreerde collega's werkzaam in ziekenhuizen, psychiatrische inrichtingen, klinieken en dispensaria. Ook zij doen soms werkheroriėnteringen en deskundige evaluaties die betrekking hebben op ziekte en handicap.

 

2. Men zou eens moeten ophouden met de discriminatie waarbij artsen voor gelijkaardige deskundige onderzoekingen geen BTW moeten betalen en psychologen wel.

Zoals reeds hoger in dit dossier aangehaald, staat in Artikel 44 van de BTW-Wetgeving:

"§ 1. Van de belasting zijn vrijgesteld de diensten door de nagenoemde personen verricht in de uitoefening van hun geregelde werkzaamheid:

1° notarissen, advocaten en gerechtsdeurwaarders;

2° artsen, tandartsen, kinesitherapeuten, vroedvrouwen, verplegers en verpleegsters, verzorgers en verzorgsters, ziekenoppassers en ziekenoppassters, masseurs en masseuses van wie de diensten van persoonsverzorging zijn opgenomen in de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering; "

Ook voor de artsen is er een duidelijke band tussen RIZIV-nomenclatuur en BTW-vrijstelling. Dit werd in het parlement herhaaldelijk bevestigd:

- Zo antwoordt de minister op 21 maart 2001 op een parlementaire vraag (pag 16814):

"De BTW-vrijstelling bedoeld in het artikel 13, A, 1, c), van de richtlijn 77/388/EEG, is onderworpen aan een dubbele voorwaarde. De diensten moeten kunnen worden gekwalificeerd als gezondheidskundige verzorging van de mens maar dienen bovendien te worden verstrekt in de uitoefening van een medisch of paramedisch beroep.
Zo zijn in Belgiė, overeenkomstig artikel 44, § 1, 2o, van het BTW-Wetboek, de diensten verricht in de uitoefening van hun geregelde werkzaamheid door artsen, tandartsen, kinesitherapeuten, vroedvrouwen, verplegers en verpleegsters, verzorgers en verzorgsters, ziekenoppassers en ziekenoppassters, masseurs en masseuses, van wie de diensten van persoonsverzorging zijn opgenomen in de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte ziekte en invaliditeitsverzekering, vrijgesteld van BTW."

- Op 14 maart 2001 had de minister in een Kamercommissie op een vraag over de BTW-plichtigheid van artsen die meewerkten aan een kankeronderzoek geantwoord:

" Mijnheer de voorzitter, mevrouw Pieters, zoals u hebt opgemerkt stelt artikel 44 § 1, 2° van het BTWwetboek de diensten van dokters vrij van BTW als ze zijn uitgevoerd in het kader van hun geregelde werkzaamheid, voor zover de aan de persoon verleende zorgen zijn opgenomen in de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering."

- Wanneer de volksvertegenwoordigster op 26 februari 2002 op de kwestie terugkwam, luidde het antwoord:

"De vrijgestelde prestaties zijn niet beperkt tot de loutere toepassing van een geneeskundige behandeling. Zij omvatten ook de diagnosestelling, bijvoorbeeld door klinisch biologische analyse, het preventief onderzoek, het controleonderzoek en ander vergelijkbaar medisch onderzoek (voor zover uiteraard deze diensten zijn opgenomen in de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen)."

 

Het is derhalve begrijpelijk dat psychologen geėrgerd zijn telkens opnieuw te moeten vaststellen in rechtszaken dat medici ongestraft geen BTW betalen en dat zij dat wel moeten doen. Voor alle duidelijkheid, het gaat hier niet om artsen die gewone consulten tegen RIZIV-tarief doen en dan om de patiėnt ter wille te zijn ook nog eens een verzorgd rapport maken voor de rechtbank. Het gaat om artsen die los van RIZIV-nomenclatuur en tegen prijzen van 1000 of 2000 euro of meer uitvoerige verslagen maken speciaal voor rechtszaken of beslechtingen in der minne. Senator Ide ondervroeg daarover de minister van financiėn op 28 januari 2010 en dan kwam het enigszins verrassend antwoord:

" De prestaties die in de uitoefening van een economische activiteit zelfstandig en tegen vergoeding worden verricht door een psycholoog die tevens houder is van een diploma van dokter in de genees-, heel- en verloskunde, kunnen in het kader van zijn werkzaamheid als geneesheer vrijgesteld zijn van de btw."

Hij vermeldde er dit keer niet bij dat de prestaties moeten opgenomen zijn in de nomenclatuur van geneeskundige verstrekkingen.

De minister stelt verder in zijn antwoord:

"Voor de toepassing van de vrijstellingen bedoeld in artikel 44 van het BTW-Wetboek kan de hoedanigheid van de dienstverrichter bepalend zijn. Een belastingconsult door een advocaat, dan wel door een boekhouder kan dat illustreren. In het eerste geval is de handeling vrijgesteld van btw op grond van artikel 44, § 1, 1°, van het BTW-Wetboek. In het tweede geval is de btw verschuldigd. Dit belet evenwel niet dat alles in overeenstemming is met ons BTW-Wetboek en met de Europese richtlijnen ter zake."

Deze vergelijking loopt natuurlijk mank. De prestaties van een advocaat zijn altijd vrijgesteld van BTW. De prestaties van de artsen zijn slechts vrijgesteld voor zover ze opgenomen zijn in de nomenclatuur van geneeskundige verstrekkingen en daar gaat het hier net om.

 

Een uitvoerige evaluatie van een mens die een verminderde arbeidsbekwaamheid heeft na ziekte of ongeval, is momenteel volgens de regels van de wet BTW-onderworpen zowel voor artsen als voor psychologen. Voor de artsen omdat het buiten de RIZIV-nomenclatuur valt. Voor de psychologen omdat het niet vrijgesteld is van BTW volgens de interpretatieregels van 15 mei 2008. Een psycholoog die geen BTW betaalt loopt tegen de lamp. Een arts wordt met rust gelaten. Het cynische van het verhaal is dat de meeste van die rapporten geschreven worden voor de rechtbanken of erop terechtkomen. Infeite profiteren de rechtbanken soms mee van de belastingfraude. Wat nu gebeurt raakt het rechtvaardigheidsgevoel en veroorzaakt ook een scheeftrekking van de marktpositie.

 

 

menu

 

 

 

 

 

 

Deze webpagina is een privaat initiatief van KlinPsy. We hebben een inspanning gedaan
om de op heden beschikbare informatie zo correct mogelijk weer te geven.
We doen evenwel afstand van elke aansprakelijkheid. Opmerkingen zijn welkom.

 

Dit is een niet-officiėle en niet-commerciėle webstek

 

 

 

 

 

 

Dit is een Vlaamse webstek

 

 

29.01.2015

 

website stat